Adri Minnaard, hoogleraar organische chemie aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en ‘syntheticus in hart en nieren’, is positief over de toekomst van organische chemie en diens rol in aanpalende vakgebieden, maar ziet ook valkuilen. “Ik vind het zorgelijk dat organische synthese zich tegenwoordig vaak laat versmallen tot enkel het ontwikkelen van bouwstenen.”
“Chemici in het algemeen hebben als centrale vraag: hoe reageren moleculen? In de synthese gaat dat natuurlijk over complexe moleculen. Het duurzamer maken van de chemie is belangrijk, maar universitaire groepen dienen daar toch vooral aan bij te dragen door kennis te ontwikkelen. Het wordt erg plat als je alleen dichloormethaan door ethylacetaat gaat vervangen, dat kan de industrie ook heel goed zonder academici. Vergeet ook niet, de grootste winst op het gebied van energie en afval in de synthese is bijna altijd: een betere syntheseroute! Dat is de achterliggende gedachte bij het ontwikkelen en ontdekken van nieuwe reactiviteit.
Boeiend en lang interview op de site van Sciencelink.