De klimaatramp en het grootbedrijf
Waarom toch?
De wereld zoals wij die denken te kennen, staat aan de rand van de afgrond. Niet alleen de politiek radicaliseert in veel landen; hetzelfde geldt voor het klimaat. Ondanks alle mondiale afspraken en nationale maatregelen, vaak bijzonder indrukwekkend op papier, blijft de vooruitgang veel te mager. Het gevolg is een snelle toeneming van extreme droogten, woeste stormen en ravage-veroorzakende overstromingen. De rol van zogenaamde drempelwaarden maakt de wereldtoekomst extra onvoorspelbaar. Het is denkbaar dat de temperatuurstijging binnen afzienbare tijd tot onomkeerbare gevolgen van ongekende omvang leidt, met een dito versnelling van de klimaatverslechtering tot gevolg. Als het Arctische ijs onomkeerbaar sneller gaat smelten, worden mogelijk in hoog tempo grote delen van de drukbevolkte Aarde onbewoonbaar ten gevolge van een sterk stijgende zeespiegel. Als de gemiddelde jaartemperatuur in de tropische wouden te hoog oploopt, kunnen deze bossen massaal afsterven omdat het regeneratieve vermogen verloren gaat. Et cetera. Een ontsporende spiraal is geboren. Het heeft decennia geduurd, maar de rol van de mens kan alleen nog worden gebagatelliseerd of ontkend door de wetenschappelijke consensus slechts te beschouwen als één van de vele meningen of als het resultaat van een complot van de mondiale elite, mogelijk in reptielenvermomming. Ook het blinde geloof in innovatie leidt tot oogkleppen. Helaas: alleen al de uitkomsten van veel verkiezingen laten keer op keer zien dat voor deze blindheid voor de waarheid een flinke electorale markt bestaat.
Uiteraard kan de stelling worden betrokken dat massale uitsterving van dominante levensvormen een onvermijdelijk kenmerk is van de wereldgeschiedenis. Het was jammer voor bijna alle dinosauriërspecies, maar na verloop van tijd hebben hun zoogdieren-tegenvoeters, met sinds kort de trotse homo sapiens op de troon, hun plek ingenomen in de vele miljoenen jaren na de grote inslag in wat tegenwoordig Mexico wordt genoemd. Deze keer is het echter voor het eerst in deze wereldgeschiedenis van miljarden jaren dat een levensvorm daarvoor straks zelf verantwoordelijk moet worden gehouden, en niet een exogene schok zoals een meteorietinslag of een grote verandering in zonneactiviteit. De langjarige menselijke verslaving aan fossiele brandstoffen heeft slechts de komst van een proces vervroegd dat zich anders later op enig moment toch zou hebben voltrokken. Door het lot in eigen hand te nemen kan de mens nog even flink genieten van allerlei vormen van materieel genot voordat het toch te laat is. Cynisme is een gekende karakteristiek van de homo sapiens, net als kortzichtigheid. Een argument kan zijn dat deze twee in de moderne tijd in optima forma tot hun ultieme recht komen.
Ook de nefaste invloed van grote delen van het grote bedrijfsleven moet hier niet worden onderschat, met de reuzen in de fossiele brandstofindustrie als boegbeelden. Hoewel het evident is dat zelfs bij het volledig opstoken van de bekende voorraden aan fossiele brandstoffen de homo sapiens als dominante levensvorm zijn langste tijd kan en zal hebben gehad, blijven deze boegbeelden de wereldbol afspeuren naar nieuwe voorraden van koolstof-houdende energie-opwekkers. Intussen zijn de investeringen in duurzame energie van de Shell-en van deze wereld verhoudingsgewijs minimaal of worden die zelfs teruggeschroefd. De aandeelhouder, een enkele uitzondering daargelaten, is immers vooral of alleen geïnteresseerd in financieel rendement – liever vandaag dan morgen. Een droomproject zou daarom zijn om als een onzichtbaar vliegje niet van de zijde te wijken van de hoofdrolspelers in deze gesloten wereld – en nog beter: om permanent de gedachten te lezen van de machtigen der fossiele aarde. Waarom zijn zij bereid de wereld op te offeren, althans: een wereld die leefbaar is voor de menselijke soort, ten behoeve van hun eigen private gewin? Is het inderdaad een kwestie van egoïsme in combinatie met cynisme en kortzichtigheid? Hoe verloopt de sociale dynamiek binnen het ecosysteem van de fossiele industrie?
De bestudering van macht is helaas echter een taai tijdverdrijf. Macht laat zich niet graag in de kaart kijken. Macht verstopt zich liefst achter Kremlin-achtige muren. Blijkbaar ongevoelig voor interventies van buitenaf, door belangengroepen, regelmakers of toezichthouders. Zeker: in het grootbedrijf bestaat toezicht, vooral in de vorm van raden van commissarissen of publieke autoriteiten, maar die zijn vrijwel altijd en overal even ontoegankelijk als andere topgremia. Het uitzetten van een vragenlijst onder de bedrijfstop is een naïeve oefening in optimisme. Vraaggesprekken met (oud-)topbestuurders zijn theaterstukken. Voor (participerende) observatie wordt zelden of nooit toegang verleend. Persoonlijke reflecties van direct betrokkenen zijn bijzonder schaars en sterk gekleurd. Kortom: de belangrijke vraag waarom grote bedrijven tegen urgente publieke belangen in allerlei private belangen blijven prioriteren, kan alleen worden beantwoord met gebruikmaking van anekdotisch of indirect bewijs, en vooral met behulp van abstracte theorieën en intuïtieve speculaties. Dat is en blijft een zwaktebod. Intussen lijkt weinig tot niks te veranderen, zodat het ravijn alleen maar dichterbij komt – totdat het te laat is. Ergo: zonder een droomproject ligt een nachtmerrie in het verschiet.