Martijn van Calmthout, voormalig chef wetenschap van de Volkskrant en huidige communicatiechef bij het Nationaal Instituut voor Subatomaire Fysica, onderzoekt in zijn nieuwste boek de samenhang tussen extreme weersomstandigheden en klimaatverandering. Zijn essay is ‘een poging om met meer urgentie te leren denken over klimaatverandering en te handelen naar wat we geleerd hebben’. Van Calmthout benadrukt dat de huidige, snelle klimaatverandering te snel verloopt voor natuurlijke aanpassingen, wat de situatie extra urgent maakt.
Klimaatattributie
Van Calmthout introduceert het wetenschapsgebied klimaatattributie, dat de rol van klimaatverandering bij extreme weersomstandigheden onderzoekt. Is iets gewoon een grillig weerfenomeen of is er een oorzakelijk verband hard te maken? Die wetenschap ontwikkelt zich snel en kan gebruikt worden om de noodzaak van handelen duidelijk te maken. Van Calmthout presenteert daarbij veel feiten en cijfers en legt complexe onderwerpen zoals statistische variatie, Gauss-krommen en standaardafwijkingen helder uit, waardoor de lezer een goed begrip krijgt van het werk van klimatologen.
Klimaatramp en IPCC-rapport
Van Calmthout maakt duidelijk dat er sprake is van een zich ontvouwende klimaatramp. Hij bespreekt bevindingen uit het IPCC-rapport, dat zes categorieën van klimaatextremen onderscheidt: extreme temperatuur, neerslag, overstromingen, droogte, stormen en gemengde voorvallen. Elke halve graad opwarming leidt tot exponentieel grotere problemen, en CO2-reductie is essentieel. Van Calmthout wijst op de flexibiliteit die de coronacrisis heeft getoond en benadrukt de noodzaak van snelle actie om de opwarming tot 1,5 graad te beperken.
Communicatie en ontbreken politieke invalshoek
Volgens Van Calmthout is de klimaatcrisis deels een ‘communicatievraagstuk’. Hij weerlegt de kritiek op klimaatalarmisme en stelt dat de retoriek slimmer kan, met nadruk op de desastreuze gevolgen van klimaatverandering. Hij mist echter een politieke analyse, hoewel het IPCC-rapport het belang van systeemverandering bespreekt. Er lijkt wetenschappelijke consensus te zijn dat onze manier van produceren, consumeren en financieren drastisch moet veranderen om klimaatdoelen te bereiken.
Conclusie
Van Calmthout levert een feitelijke en toegankelijke bijdrage aan het debat over klimaatverandering en klimaatattributie. Zijn boek biedt waardevolle inzichten, maar mist een diepgaande politieke analyse. Desondanks benadrukt het de urgentie van actie tegen klimaatverandering.