AI en de psychiatrie

Wat betekent de groeiende kracht van AI voor mijn onderzoek, vakgebied en de maatschappij?

Artificiële intelligentie is overal. Computers die vooral met taal maar ook steeds beter met beeld overweg kunnen, alsof het mensen zijn. Computers die gesprekken voeren en reageren op wat via de camera zichtbaar is op een manier die empathisch overkomt, wat vertrouwen wekt. Ook het genereren van ‘creatieve’ output zoals liedjes, kunstwerken, beelden en teksten gaat steeds beter en is nauwelijks nog te onderscheiden van mensenwerk. Uiteraard gaat dit een immense impact hebben op alles. Laboratoriumonderzoek in de psychiatrie zal misschien wel verdwijnen omdat wetenschap bedreven kan worden in de echte wereld met real-time, real-life data die non stop verzameld wordt of gesimuleerd in een digital twin. De psychiatrische zorg gaat veranderen omdat zelf registreren niet meer nodig is als er computers zijn die automatisch gesprekken vastleggen en omzetten in een behandelplan en een top drie van interventies die waarschijnlijk passend zijn voor deze ene specifieke persoon. En de samenleving gaat veranderen omdat het in de toekomst zo kan zijn dat we liever een relatie met een robot aangaan die altijd aanvoelt wat we nodig hebben, de was doet, lief en geduldig is en de baby verzorgt (die na negen maanden in de artificiële baarmoeder eindelijk in de wereld kwam), dan met een echte partner van vlees en bloed die zijn sokken laat slingeren en af en toe humeurig is.

Maar ik zou geen psychiater zijn als ik niet zou denken dat vooral dat laatste scenario onze ondergang zal zijn. Wat mensen nodig hebben is echte verbindingen met elkaar, in fysieke nabijheid van elkaar. Een connectie die je soms met iemand voelt nog voordat je een woord hebt uitgewisseld. Een ongemakkelijke stilte die ons dwingt creatief na te denken en ons in bochten te wringen. Een afwijzing en daarna weer opkrabbelen omdat je daar mentaal nu eenmaal hard van groeit en ook hard ploeteren omdat niet alles maakbaar en voorspelbaar is maar soms gewoon intens verdrietig en pijnlijk zonder dat we daar iets aan kunnen doen. Er voor elkaar zijn als het moeilijk is versterkt onderlinge saamhorigheid en creëert een veerkrachtige samenleving. Artificiële intelligentie gaat ons helpen als het ons ondersteunt in wat het echte leven de moeite waard maakt; vrijheid, verbondenheid, falen en samen ploeteren.

Deel via: