Depressie treft miljoenen mensen wereldwijd, maar er is nog veel onbekend over deze ziekte en behandelingen werken niet altijd. PhD-kandidaat Jesper Pilmeyer onderzocht de hersenen van patiënten met behulp van MRI-technologie. De patronen die hij ontdekte in de hersenscans kunnen helpen om een nauwkeurigere diagnose te stellen en te voorspellen hoe de ziekte zal verlopen.
Pilmeyer’s primaire onderzoeksfocus lag op het meten van hersenactiviteit. “Je hebt verschillende hersennetwerken met een specifieke functie. Er is bijvoorbeeld een visueel netwerk dat wordt geactiveerd wanneer er iets beweegt in je gezichtsveld,” legt hij uit. “We begonnen te kijken hoe deze functionele hersennetwerken met elkaar communiceren en of we interessante patronen in ze konden ontdekken.” Hij zette een eigen klinische studie op.
Dynamische communicatiepatronen
De analyses van de scans leverden veel interessante inzichten op. “Veel bestaande studies onderzochten hoe twee netwerken synchroon werken, of met andere woorden, hoe ze gelijktijdig worden geactiveerd”, legt hij uit. “We ontdekten echter dat het ook mogelijk is dat de activering van het ene netwerk het andere deactiveert, dus je ziet een anti-correlatie. Bovendien kan de activering van het ene netwerk ervoor zorgen dat een ander netwerk iets later actief wordt.”
Lees het hele bericht op de site van de TUe.
