Cyberspionage door geheime diensten neemt steeds extremere vormen aan. Toch praat niemand erover. Dennis Broeders weet waarom en probeert nieuwe vormen van spionage toch bespreekbaar te maken. De hoogleraar Global Security en Technology houdt vrijdag 31 maart zijn oratie.

Broeders signaleert dat staten een ambivalente houding aannemen ten opzichte van de activiteiten van inlichtingendiensten. Er zijn geen internationale regels vastgelegd en landen spreken zich er liever niet over uit. Een van de ambities van Broeders is daar met onderzoek en dialoog meer duidelijkheid over te scheppen.

Kleine landen als Nederland hebben met hun beperktere slagkracht vaak belang bij voorspelbaarheid en regels hierover, volgens Broeders. ‘Grote landen als Amerika en China hebben vaak juist belang bij die ambiguïteit, want die geeft hen de ruimte om te doen wat zij nodig achten. Zolang grote staten een voorsprong hebben, zijn ze vaak niet geïnteresseerd in regulering. Dat worden ze pas als ook andere staten dezelfde mogelijkheden ontwikkelen en ze er zelf last van krijgen.’

Interview op de site van Universiteit Leiden.

Deel via: