Klimaatverandering is een wereldwijd probleem, en het is vaak de vraag of een klein land als Nederland daadwerkelijk een verschil kan maken. Heeft ons land de middelen en invloed om bij te dragen aan een duurzamere wereld? Hoogleraar economie Reyer Gerlagh legt uit.
Volgens Gerlagh ligt de sleutel tot impact in samenwerking. Vooral de Europese Unie (EU) biedt een krachtig platform: “Samen met de EU kunnen we 27 keer zoveel bereiken dan wanneer ieder land op zichzelf handelt.” Nederland heeft een aantal belangrijke sectoren die bijdragen aan de uitstoot van broeikasgassen. In de industrie wordt al gewerkt met het Europese emissiehandelssysteem (ETS), en ETS2 is in ontwikkeling om ook transport en gebouwverwarming hierin mee te nemen.
De landbouw blijft echter een grote bron van methaanuitstoot, een zeer sterk broeikasgas. “Nederland moet een transitie maken van super-intensieve veehouderij naar ‘gewone’ veehouderij,” legt Gerlagh uit. “Minder koeien, minder vleesconsumptie en minder gebruik van krachtvoer en kunstmest verminderen niet alleen de broeikasgasemissies, maar kunnen ook het stikstofprobleem aanpakken. Dit blijkt echter een politiek lastig vraagstuk, mede door de sterke lobby van de landbouwindustrie.”
Nederland heeft volgens Gerlagh een sterke positie als innovatief land op het gebied van waterbeheer en duurzame energie. “Het delen van kennis is een belangrijke factor. Als Nederland erin slaagt om zonnepanelen goed te integreren in het netwerk en opslag met batterijen en groene waterstof te ontwikkelen, zullen andere landen daar zeker gebruik van maken.”
Lees het hele stuk op de site van de Tilburg University.
