Daar waar de wetenschap het leven van mensen raakt, zoals bij klimaat, corona en stikstof, is het wantrouwen het grootst. Hoe werkt wetenschapscommunicatie op die onderwerpen? “Mensen beoordelen kennis op wat het betekent voor hun eigen situatie. Wanneer die situatie bedreigd wordt, gaat men de feiten op een andere manier interpreteren”, zegt Noelle Aarts, voorheen bijzonder hoogleraar strategische communicatie aan de UvA en op het moment hoogleraar socio-ecologische interactie aan de Radboud Universiteit.
Wetenschapsscepsis komt vooral opzetten bij onderwerpen die aan het persoonlijke leven van mensen raken, beaamt UvA-psycholoog Bastiaan Rutjens, gespecialiseerd op het gebied van wetenschapsscepsis. “Denk aan hete hangijzers zoals corona, het stikstofbeleid maar ook genetisch gemodificeerde organismen (GMO’s) en de evolutietheorie. Juist op die specifieke onderwerpen scoort het vertrouwen in de wetenschap relatief laag.”
Hoe komt het dat mensen het niet eens worden over objectieve wetenschappelijke kennis? Een feit is toch een feit? Dat valt behoorlijk tegen, volgens Aarts. “Wetenschappelijke kennis is ongeveer de zachtste component van het hele menselijke denken. Voor ieder feit is er in de enorme supermarkt die het internet heet wel weer een ander feit beschikbaar.”
Lees het gehele tweede deel over wetenschapscommunicatie op de site van Folia.
Deel via: