Nederlanders onderschrijven vrijwel unaniem het belang van gelijkheid en gelijkwaardigheid in het onderwijs. Ruim 90 procent vindt dat alle scholen leerlingen moeten leren om met verschillen om te gaan. De vrijheid van bijzondere scholen om leerlingen in hun (religieuze) levensbeschouwing in te leiden vindt men over het algemeen niet wenselijk. Circa 40 procent vindt school niet de aangewezen plek om leerlingen te leren leven volgens de normen en waarden van het geloof van hun ouders of verzorgers, circa 30 procent vindt dat juist wel.
Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit voor Humanistiek en de Universiteit van Amsterdam dat financieel mede mogelijk gemaakt werd door de Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO) en VOS/ABB. Het onderzoek is uitgevoerd onder een landelijk representatieve steekproef van 1461 leden van het I&O Research Panel.
95 procent van de respondenten vindt het wenselijk dat leerlingen op school (van welke signatuur dan ook) leren dat iedereen gelijkwaardig behandeld moet worden – in de samenleving, maar ook in de klas en school. Het moet voor leerlingen niet uitmaken op welke school zij zitten; zij moeten juist overal vergelijkbare kennis en vaardigheden opdoen ten aanzien van het samenleven in een pluriforme en democratische samenleving. 92 procent vindt school een belangrijke plek waar leerlingen (en leraren) van elkaar kunnen leren over elkaars culturele achtergronden.
Lees het hele bericht op de site van de Universiteit voor Humanistiek.